Herken je dat? Dat je door alle (tegenstrijdige) adviezen, hypes en waarschuwingen niet meer weet wat goed is en wat niet? Ik heb er in ieder geval wel last van en dat maakt goede keuzes maken niet altijd even makkelijk.
Gelukkig kwam daar mijn redding, gewoon door de brievenbus. Wetenschappelijk onderbouwd, geen poespas of hypes maar duidelijke taal!

Ik weet het nog goed: toen Sarah nog veilig in mijn buik zat had ik al een harde mening over het geven van suiker aan je kindje. Ik zou mijn dochter zo suikervrij mogelijk proberen op te voeden.
Zelf heb ik amper gesnoept als kind en achteraf ben ik daar enorm blij om. Echter, de praktijk valt vaak anders uit en dat is gebleken toen Sarah wat ouder was.
Niet dat hier nu enorm veel gesnoept wordt, maar ik vind het geen probleem (meer) als ze een koekje eet of een snoepje krijgt bij de winkel.

Kortom: ik ben wat minder ‘streng’ nu het er eenmaal op aankomt. Hoe dat kan? Ik weet het niet precies. Ik weet wel dat ik erachter ben gekomen dat balans het aller belangrijkste is. En een beetje verwennen is ook een bijkomend ‘probleem’.
Omdat zij ons enige wonder is geven we misschien wat sneller toe aan ongezonde verwennerij.
Maar nogmaals: balans is belangrijk. We zorgen dat ze niet overmatig snoept en snackt en houden het ‘speciaal’. Gezond, gevarieerd en vers eten staat nog steeds op 1.

Maar dan…dan lees en hoor je allerlei tegenstrijdige berichten over zoetstoffen, suikers en andere toevoegingen. Tegenover je zit een kleuter die weigert te eten en die bijna gedwongen moet worden om meer te drinken. Nogmaals: de praktijk pakt vaak heel anders uit dan je zou willen. En niet altijd in je voordeel.

Het gevolg van tegenstrijdige berichten en een weigerende peuter of kleuter is onzekerheid. Doe ik het wel goed? En wat is nou ‘goed’ wanneer de ene zegt ‘A’ en de ander ‘B’?
Ik werd dan ook intens gelukkig toen ik het boek ‘Wegwijs in de voedingsjungle’ mocht lezen en beoordelen. Wat een verademing en wat een fijn boek! En wat had ik dit boek jaren eerder willen hebben!

Gewoon gezonde voeding voor kinderen van 0-9 jaar

Michelle van Roost en Manon van Eijsden hebben een brede wetenschappelijke achtergrond op het gebied van voeding voor kinderen.
Zij zijn tevens oprichter van het communicatie- en adviesbureau ‘Voedingsjungle’ waar zij dagelijks de wetenschap vertalen naar de praktijk, voor zowel ouders als organisaties. Ze zijn beiden ervaringsdeskundige aangezien ze ook moeder zijn van jonge kinderen.

Het blijft voor veel ouders een uitdaging om goede keuzes te maken als het gaat om gezonde voeding voor je kind. Van alle kanten krijg je -gewild en ongewild- adviezen omtrent gezond eten. Deze adviezen spreken elkaar vaak tegen en dat zorgt voor de vraag ‘wat is nou gezond?’ In ‘Wegwijs door de voedingsjungle’ beantwoorden de dames veelvoorkomende vragen van ouders over voeding voor kinderen van 0-9 jaar.
In heldere, begrijpelijke taal en volgens de laatste wetenschappelijke inzichten. Je leest niet alleen wat je het beste kunt geven, maar ook hoeveel, wanneer en waarom. En je vindt uiteraard een hoop lekkere recepten in het boek, allemaal kidsproof!

Ik vind het boek vooral een eyeopener. Het boek geeft inzicht in producten en toevoegingen, gaat in op problemen aan de eettafel (een kind dat weigert te eten…), is eerlijk over snoepen, e-nummers en zoetstoffen.
En het besvestigd wederom wat ik altijd dacht: het gevaar van E-nummers en zoetstoffen valt allemaal wel mee, mits je je aan hoeveelheden houdt.

Baby

Wat een verademing om niet alleen tips en advies te lezen over borstvoeding, maar ook over flesvoeding. Mijn zus vertelde ooit dat zij geen informatie kon vinden op de website van Nutrilon over voeding stap 1, omdat zij benadrukken dat borstvoeding de beste keuze is. Daar ben ik het zeker ook mee eens, maar waarom kun je dan geen informatie krijgen over stap 1?
Ik kon geen borstvoeding meer geven en dat deed al pijn genoeg. Het feit dat je geen informatie kunt vinden over stap 1 flesvoeding maakt het nog eens extra zuur.

Daarom ben ik dubbel zo gelukkig dat deze slimme moeders ook aandacht besteden aan flesvoeding. Naast algemene voedingstips over voeden op verzoek, pijn bij het voeden en afbouwen, vind je ook een handig overzicht van aantal keren flesvoeding, richtlijnen voor hoeveelheid en vitamine D geven. En dat allemaal van de dag van geboorte tot ruim een half jaar. Handig zulke handvatten!

Vanaf vier maanden starten veel kindjes met oefenhapjes. Er is in dit boek een uitgebreid hoofdstuk gewijd aan oefenhapjes en het mee-eten met de pot.
Zo begin je vanaf 4 maanden met oefenhapjes, gevolgd door meer smaken en structuren leren bij 6 a 7 maanden. Uiteindelijk kom je bij het punt dat je kindje met de pot mee eet, zo rond de 12 maanden. Wederom een heerlijk handig overzicht!
Het hoofdstuk staat verder vol met lekkere ‘eerste hapjes-recepten’, tussendoortjes en variaties in broodbeleg voor je kindje.

Peuter

Wat, hoeveel en hoe vaak…een vraag die ik zeer regelmatig heb gesteld toen Sarah ongeveer een jaar was. Krijgt ze wel genoeg binnen? Ook als ze niet wil eten of alles speels op de grond gooit? Wat heeft ze eigenlijk nodig? In hoofdstuk 3 vind je wederom een heel handig overzicht van wat een kind nodig heeft aan eten per dag.
Leuk en aardig soms, maar wat als je kindje een slechte eter is? Of heel selectief eet? Dit boek geeft antwoord en legt uit hoe je omgaat met een kleine eter. Andersom kan natuurlijk ook, wanneer je een grote eter hebt. En misschien daardoor zelfs een te zware eter…ook hier wordt aandacht aan besteed.

Kleuter

Met een soms hele eigenwijze kleuter aan tafel was ik enorm benieuwd naar tips en trucs bij de woorden ‘dat lust ik niet’. Het is niet zo dat Sarah een slechte eter is, maar soms weigert ze pertinent.
De tips die in dit boek staat ga ik zeker toepassen op de momenten dat ze weigert te eten, zoals meehelpen met koken, zelf een maaltijd kiezen en er zo min mogelijk aandacht aan besteden.

En dan de discussie over melk…wat melk is toch niet gezond voor de mens? Het blijkt dat melk en melkproducten nog steeds door de Gezondheidsraad zijn opgenomen in de Richtlijnen goede voeding.
Melk is een belangrijke bron van calcium en er is nog steeds een wetenschappelijke concencus dat het voor de botten van een groeiend kind beter is om wel melk te drinken of kaas en yoghurt te eten! Geen hype nodig dus, gewoon aan de kaas en melk!

Minder zout, suiker en E-nummers? Of valt het gevaar wel mee?

En dan een hoofdstuk dat ik met enorm veel interesse heb gelezen: hoe zit het nou met suiker, zout en e-nummers? De bouwstenen van suiker worden uitgelegd en er wordt een alinea besteed aan natuurlijke vs. geraffineerde suikers.
Wist je dat gewone suiker niet beter is dan geraffineerde suiker? En dat we allemaal suiker nodig hebben, mits niet teveel? Zowel gewone suiker als geraffineerde suiker wordt gemaakt uit dezelfde bouwstoffen: glucose en fructose.
Suiker is gewoon suiker, de hoeveelheid en de vorm waarin het zit bepaalt hoe gezond het is. Je kunt dus beter een sinaasappel eten (de suikers komen dan langzamer vrij in je lichaam) dan een sinaasappel persen (snelle opname van suiker).

Hoeveel suiker mag een kind eigenlijk? De WHO heeft daar een richtlijn voor opgesteld, vooral vanwege de rol van suiker op gaatjes in het gebit. Een kind van 1-4 jaar mag per dag maximaal 5-6 suikerklontjes aan suiker en een kind van 4 tot 9 jaar maximaal 8-9.
Klinkt veel, maar je zit er zo aan als je je bedenkt dat een pakje appelsap al 5 suikerklontjes aan suiker bevat en een boterham met vruchtenhagel 4,5 klontjes….

En dan ‘mijn’ afdeling: hoe zit het met zout? Zout is niet meteen ongezond, mits je je houdt aan een maximale hoeveelheid. Voor kinderen is dat van 1 tot 4 jaar ongeveer 3 gram zout per dag, van 4-7 is dat 4 gram en van 7 tot 9 jaar is dat 5 gram.
En al voeg je geen zout toe aan het eten en gebruik je geen pakjes of zakjes, de kans is groot dat je kindje al snel teveel zout binnenkrijgt. Denk aan brood, kaas, vlees, snacks, etc.  Daarom ben ik helemaal gelukkig met het kopje ‘minder zout eten’ waarin tips worden gegeven om minder zout binnen te krijgen. Top!

Tenslotte nog de beruchte E-nummers. E nummer zijn nodig om voedsel langer houdbaar te houden, anders zou het direct bederven. Gek genoeg zijn de meeste E nummers hartstikke onschuldig en veilig, de vraag is alleen of de producten waar de E nummers aan zijn toegevoegd wel zo gezond zijn.
Denk maar aan light frisdrank, zoals cola light. Echter is het niet de aspartaam waar je je zorgen over moet maken. Aspartaam is veilig en bestaat uit methanol en twee aminozuren.

Deze bouwstenen van eiwit zitten ook in asperges, kaas, amandelen en spruitjes. Wel is methanol giftig in grote hoeveelheden. Gelukkig zit er in een liter light frisdrank minder methanol dan in een appel! Interessant om te weten…De zuren in frisdrank is iets waar je je wel zorgen om moet maken, omdat dit schade kan geven aan tanden.

Voor aspartaam geldt een veilige max van 40mg per kilo lichaamsgewicht. Dat betekent voor een kind van 8 dat hij of zij veilig ruim 1,5 liter light frisdrank kan drinken, inclusief 1000 stukjes kauwgom. Knap kind dat daar overheen komt…

Recepten

Ik ben dol op kookboeken en was dan ook enorm benieuwd naar de recepten in dit boek. Het zijn geen culinaire hoogstandjes, maar hele basic recepten geschikt voor kinderen van 0-9 jaar.
Gezond, niet moeilijk en vrij basic van smaak.  Makkelijke toetjes, koekjes, eerste hapjes, pizza….het komt allemaal voorbij en stuk voor stuk zijn ze hartstikke makkelijk!

Voordelen en nadelen

Voordelen

• Op basis van de wetenschap, dus betrouwbaar
• Ontkracht veel fabels die de wereld in zijn geholpen door ‘hypes’
• Overzichtelijk ingedeeld
• Veel aandacht voor alle onderwerpen, leeftijden en ‘struggles’
• Leest heerlijk weg, persoonlijk geschreven
• Fijne tabellen die je enorm goede handvatten geven
• Handige tips bij elke leeftijd
• Eye opener voor het lezen van etiketten
• Niets spreekt elkaar tegen, lekker praktisch!

Nadelen

• Als kookboek-fanaat vallen de recepten wat tegen (had verkeerde verwachtingen)

Ben je ook benieuwd geworden naar dit fijne boek? Je vindt hem onder andere bij Bol.com voor 20 euro.